Hielprik en gehoorscreening
De hielprik wordt uitgevoerd door een medewerker van de jeugd gezondheidszorg (CJG). Dit bloedonderzoek vindt plaats tussen 72 en 168 uur (4de en 7de dag) na de geboorte. Bij de hielprik wordt er een klein gaatje in de hiel van de baby geprikt. Het bloed wordt opgevangen en onderzocht.
De hielprik screent op een groot aantal aangeboren ernstige aandoeningen. Sommige ziektes zijn niet behandelbaar, maar een vroege opsporing hiervan is wel zinvol, omdat met medicatie of een dieet de aandoening kan worden beperkt. Voor het uitvoeren van de hielprik moet je als ouders toestemming geven.
De folder over de hielprik kan je hier inzien hielprik, zodat je ruim van te voren bent ingelicht.
Gelijktijdig met de hielprik vindt de gehoortest plaats. Dit gebeurt met een apparaatje dat lijkt op een oorthermometer. De uitslag is direct bekent. Om de gehoortest goed te laten verlopen is het verstandig om de baby niet in bad te doen op de dag van de gehoortest.
Tijdens dit bezoek ontvang je het groeiboekje. Dit boekje moet je elk bezoek aan het consultatiebureau meenemen.